In de winter van 1945 is in Oost Pruisen een groep op de vlucht voor het naderende Russische leger: o.a. een zwanger Pools meisje, een jonge verpleegster uit Letland, en een Duitse jongeman, ieder met hun eigen treurige oorlogsverleden. De vierde hoofdpersoon is een onbenullige matroos die zich optrekt aan het nazi-gedachtengoed. Zijn schip, de Wilhelm Gustloff is het doel van de reis van de anderen, want zij hopen, net als duizenden lotgenoten, daarop te ontsnappen over de Oostzee. De basis van dit verhaal over de grootste, maar vergeten, scheepsramp ooit is historisch, de uitwerking gedeeltelijk fictief. In snelle opeenvolging vertelt elke ik-figuur zijn/haar eigen aangrijpende verhaal van de gezamenlijke vlucht, de ontberingen, de wederzijdse steun en de waanzin en wreedheid van racisme en oorlog. Twee eerdere romans van de schrijfster wonnen vele prijzen; deze is van hetzelfde niveau en sluit aan bij haar eerste boek, ‘Between Shades of Grey’*. Vanaf ca. 16 jaar.